Telefoniste Marry: ‘‘Ik wilde iets terugdoen’’

30 augustus 2024
Wie House of Hope Katendrecht bezoekt, kent haar zeker: Marry. Al zes jaar is ze de vaste telefoniste van deze locatie. Wat niet iedereen weet, is dat ze zelf ook ooit bij House of Hope aanklopte voor hulp: “Mijn bankrekening was helemaal leeg en ik moest nog zes weken wachten op mijn uitkering. Ik was ten einde raad.”
Gele cirkel

De tranen komen al snel als Marry het heeft over die dag in februari 2013. “Ik laat ze gewoon lopen hoor. Het leven is niet altijd mooi. En even huilen lucht soms op.” Inmiddels is het elf jaar geleden dat haar man met spoed naar het ziekenhuis moest. Marry kon niet mee, omdat ze zelf veertig graden koorts had. Hij zou later die week overlijden in het ziekenhuis, zonder dat ze hem nog levend had gezien.

Een grote klap.

En daarna kwam de nasleep: het weduwenpensioen van haar man was te weinig om van rond te komen. Van de Sociale Verzekeringsbank begreep Marry dat ze eerst haar reserves moest opmaken en werk moest zoeken. Fulltime werken was echter een grote uitdaging, doordat ze onder andere artrose heeft.

Marry gebruikte geld van haar spaarrekening en verkocht haar auto. “Het was zo’n zware tijd dat ik echt meerdere keren heb gedacht: waar doe ik het nog voor? Ik heb op het punt gestaan er een einde aan te maken. Waarom ik het niet deed? Mijn broer en mijn nichtje. Zij waren de reden dat ik volhield. Verder had ik niemand meer.”

Toen het na vier jaar financieel echt niet meer ging, klopte Marry aan bij het UWV. Met 0,00 euro op haar bankrekening. “Ik kreeg gelukkig een uitkering. Maar ik moest wel nog zes weken wachten. Ik was in die tijd echt ten einde raad.” Via de Vraagwijzer van de gemeente Rotterdam kwam Marry in contact met House of Hope. “Ik kon hier terecht voor maaltijden, voor gezelschap, maar ze hielpen me ook met mijn belastingpapieren. Daar had ik geen verstand van, omdat mijn man ze altijd invulde. Ik bleek nog voor meerdere jaren geld te kunnen terugvragen. Dat was een fijne ontdekking.”

“Na alle hulp die ik had gekregen van House of Hope, wilde ik iets terugdoen”, zegt Marry. “‘Neem je CV maar mee’, zeiden ze. Daar stond aardig wat op, want ik heb in mijn leven heel veel betaald en onbetaald werk gedaan. Door mijn handicaps kan dat nu echter niet meer. Maar hun oog viel op mijn ervaring als telefonist. Dát kon ik nog wel doen én House of Hope had met smart een telefoniste nodig.”

“Alleen de wintermaanden vind ik altijd zwaar. In november was onze trouwdag, in december is het vervelend de feestdagen alleen door te moeten brengen, januari duurt altijd te lang en februari is de maand waarin mijn man overleed. Maar ik probeer toch altijd weer uit die dip te komen.”

Daardoor doet Marry nu wat ze het liefste doet: mensen helpen. “Ik wil gewoon bezig blijven. Ik houd niet van geraniums”, zegt ze veelbetekenend. “Ik ben in mijn leven altijd bezig gebleven. Toen na drie miskramen bleek dat mijn man en ik geen kinderen konden krijgen, verzette ik mijn zinnen door te gaan werken. 22 jaar heb ik gekookt voor jongeren in een crisisopvang. Toen ik niet meer kon werken door mijn handicaps, werd ik onder andere mantelzorger voor een vrouw van in de 90, want met mijn vlotte babbel kon ik nog wél wat betekenen.”

Vorig jaar volgde echter weer een klap: haar broer overleed. “Ik was iedere zondag bij hem. Zonder hem werden de weekenden dus heel leeg. Daarom ga ik nu voor het eerst in mijn leven naar de kerk. Daar ontmoet ik mensen die ook weer als familie voelen. Ik heb weer aanspraak en ze helpen me als dat nodig is. Daar heb je als mens gewoon behoefte aan. Én mijn lieve nichtje belt me altijd op als er iets leuks te doen is in de buurt.”

De aanspraak en gezelligheid zijn de reden dat Marry ook nu ze pensioengerechtigd is, blijft werken bij House of Hope. “Nu nog maar twee dagen in de week hoor, want ik heb het weer hartstikke druk”, zegt Marry met een brede glimlach. Haar agenda zit overvol: scootertochten maken, zingen in een koor, de creagroep en de vrouwengroep van House of Hope bezoeken.

Het geheim van haar veerkracht? “Het besef dat ik nog altijd anderen kan helpen. Mijn vlotte babbel raak ik niet kwijt en voor wie het nodig heeft, heb ik een luisterend oor. Daarom zal je me voorlopig nog wel zien bij House of Hope.”

Scroll naar boven